“Het is heel belangrijk dat je de loop altijd naar voren richt. Loop dus níet, ik herhaal: níet, met het wapen naar me toe als je een vraag hebt. Dan word ik zenuwachtig.”
Mike en ik stonden met vier anderen op de schietbaan voor een proefles. Oorbeschermers en plastic beschermbril op. Een geweer, pistool en revolver binnen handbereik.
Wild west-praktijken, maar dan echt.
Even knallen
Ik had het Mike cadeau gegeven voor zijn verjaardag: een proefles op de schietbaan. En aangezien je met z’n tweeën móest komen, was ik ook de gelukkige.
Nu moet ik eerlijk toevoegen: ik had verwacht dat we in een soort Hells Angels-vibe terecht zouden komen toen we aankwamen bij de schietclub. Met vooral stoere, kale mannen met baarden.
Maar niets was minder waar. Er hing een relaxete sfeer en er liepen mensen (ja, mannen én vrouwen) uit alle lagen van de samenleving. Er werd ons ook verteld dat 90% van de mensen die lid willen worden wordt afgewezen. ‘We willen geen macho’s die even lekker willen knallen, maar mensen die de schietsport echt als een sport zien.’
En een sport is het zeker. Man, wat zijn die wapens zwaar! Dat had ik niet verwacht. Maar verder vond ik het verbazingwekkend leuk. En het ging ook verbazingwekkend goed (misschien vond ik het daarom zo leuk). Iets vasthouden waar je potentieel veel schade mee kunt aanrichten is in het begin wel wat raar. Het voelt een beetje creepy. Maar het schieten zelf is vooral een vorm van ontspanning. Je moet de stilte in je ademhaling en in je lichaam opzoeken om goed te kunnen schieten.
Als een soort meditatie, maar dan anders.