Ik pakte het magazine en bladerde meteen door naar het artikel. En daar, linksonder in de hoek, stond het. Tekst: Liz Huisman.
Met mijn naam
Soms heb je van die momenten dat je even in je arm moet knijpen, een gebakje moet eten of een fles champagne (alcoholvrij bij voorkeur) moet ontkurken.
Vandaag had ik zo’n moment. Zodra ik goed en wel aangekleed was, hondje had laten plassen en mijn ochtendhavermout met banaan en notenpasta op had, holde ik naar de supermarkt om de nieuwste Flair te kopen.
En daar stond het eerste artikel ooit dat ik voor een tijdschrift heb geschreven. Een soort debuut. Met mijn naam er dus bij. Mijn naam! Dat voelde wel een beetje onwerkelijk.
Ik roep al langer, laten we zeggen zo’n zes jaar, dat ik ‘ook wel voor magazines’ wil schrijven. Jaren geleden heb ik zelfs met een journalist gebeld over hoe je dat dan doet. Maar toen miste ik simpelweg de schrijfervaring en het zelfvertrouwen om er ook echt werk van te maken.
Maar midden/eind 2023 voelde ik dat de tijd rijp was. Ik begon er steeds vaker aan te denken, kwam op Instagram een masterclass over pitchen voor magazines tegen (iets met synchroniciteit) en begon met het opsturen van artikelideeën naar magazines. En zo kwam het dat ik twee artikelen mocht schrijven. Heel nieuw. Heel spannend. Maar ik deed het wel.
En voordat ik nu weer snel verder ga met nieuwe artikelideeën (we moeten dóór) moet ik mezelf er even aan herinneren dat ik best trots op mezelf mag zijn. Ik had een idee, ik heb er hard aan gewerkt, en het is nu gelukt. Het leert me dat als je iets wilt, je soms moet wachten tot de tijd rijp is. En áls de tijd dan rijp is, moet je er volledig voor gaan. Stuur dus die mailtjes, ook al heb je geen ervaring als journalist. En stuur ook die herinneringsmailtjes (dat was in alle gevallen nodig), ook al denk je dat je ‘vast niet voor niets’ geen reactie krijgt.
Dat gebakje heb ik trouwens niet gegeten (iets met suikervrije januari) en die champagne is ook niet ontkurkt. Maar ik heb wel even in mijn arm geknepen.