Blijf jij maar uitstellen? Hoe zorg je ervoor dat je tóch dingen gedaan krijgt, ook als je geen motivatie hebt?
Uitstellen zorgt voor stress
Je herkent het vast wel. Zo’n taak op je to-dolijst die je maar voor je uit blijft schuiven. Of bezig zijn met een opdracht en jezelf voortdurend afleiden omdat je de motivatie niet kunt vinden.
Geen motivatie zorgt er vaak voor dat je dingen uitstelt. ‘Ik heb nu even helemaal geen motivatie dus ik doe het morgen wel.’ Dit is de makkelijkste weg, maar niet de slimste.
Wat levert het je op? Stress. Stress omdat je voortdurend met allerlei taken in je hoofd zit die je ‘nog moet doen’ of stress omdat je zoveel hebt uitgesteld dat je nu last minute aan de slag moet. Beide zijn niet chill.
3 redenen waarom je geen motivatie hebt
Het is makkelijk om je taken gewoon te laten liggen omdat je ‘de motivatie niet kunt vinden’. Een beetje té makkelijk (ik schrijf dit ook voor mezelf). Om je motivatieprobleem écht op te lossen helpt het om te zoeken naar het onderliggende probleem. Waaróm heb je geen motivatie?
Als ik echt nul motivatie heb, dan komt dat vaak door een van de volgende punten:
- Ik ben moe en even klaar met alles. Ik ben moe omdat ik al heel veel heb gedaan of ik zit gewoon niet zo lekker in mijn vel.
- Ik weet niet zeker wat ik moet doen. Het is onduidelijk hoe ik precies moet beginnen of een project voelt heel groot, waardoor ik het maar blijf uitstellen.
- Ik vind het niet leuk wat ik moet doen. Waardoor ik andere dingen ga doen (YouTube-filmpjes kijken of scrollen door Pinterest – oeps).
- Ik weet niet zeker of het goed genoeg zal zijn. Ik ben bang voor het eindresultaat, waardoor ik een opdracht maar blijf uitstellen. Onzekerheid komt de hoek om kijken.
Op het moment dat je de volgende keer geen motivatie hebt en een taak wilt uitstellen, bedenk dan wat de reden hiervoor is. Welke van de vier bovenstaande punten steekt de kop op?
Geen motivatie? Zo krijg je tóch dingen gedaan
1. Ik ben moe en even klaar met alles
Als ik geen motivatie heb omdat ik gewoon ‘op’ ben, dan helpt het voor mij op dat moment niet om door te gaan. Dan zal ik alleen maar verder achter mijn computer wegkwijnen zonder iets gedaan te krijgen.
Wat wél helpt is om iets anders te gaan doen. Soms is dat een andere taak waar ik niet zoveel energie voor nodig heb, zoals wat foto’s uitzoeken op mijn computer.
En soms is het iets totaal anders. Een lange wandeling maken in het bos, het huis schoonmaken of een tijdje mediteren. Vaak komt daarna mijn energie weer terug en daarmee ook mijn motivatie.
Ben ik moe omdat het laat is en de dag gewoon ‘op’ is? Dan ben ik te enthousiast geweest met mijn planning en laat ik het voor wat het is. Morgen weer een nieuwe dag.
Lees ook: Zo kun je een planning maken die écht overzicht geeft [3 ultieme tips]
2. Ik weet niet zeker wat ik moet doen
Een whitepaper schrijven, cursus maken of website in elkaar zetten. Het zijn voorbeelden van projecten die heel groot lijken en die er bij mij voor kunnen zorgen dat ik er maar niet aan begin. Ik wíl er wel aan beginnen, maar iets houdt me tegen.
Je kunt zulke projecten haalbaar maken als je ze opdeelt in kleine stapjes. Vraag je hierbij af: wat is het eerste wat ik moet doen om aan dit project te beginnen? En wat moet ik daarna doen? En daarna?
Bij het schrijven van een whitepaper kan dat zijn: 1. bronmateriaal zoeken, 2. informatie uit bronmateriaal selecteren, 3. whitepaper indelen in globale hoofdstukken, 4. geselecteerde informatie indelen per hoofdstuk etc.
Er hoeft dan geen ‘whitepaper maken’ meer op je to-dolijstje te staan, maar je kunt alle losse taken die hierbij horen apart indelen. Zo begin je er veel sneller aan en kun je eerder taken afronden en wegstrepen (en dát geeft weer extra motivatie).
Dit maakt doelen stellen ook een stuk makkelijker.
3. Ik vind het niet leuk wat ik moet doen
Dit is een lastige. Soms blijf ik een taak uitstellen omdat ik er gewoon echt geen zin in heb. En dan kan het om twee verschillende dingen gaan.
Het kan gaan om taken die je moet doen omdat je ze nu eenmaal moet dóen. Denk maar aan je administratie. Zelf heb ik hier een hekel aan, maar ik moet nou eenmaal af en toe de bonnetjes bij elkaar zoeken (gelukkig doet de boekhouder de rest).
Maar het kan ook om taken gaan die je eigenlijk (bewust of onbewust) niet zo leuk vindt. Zelf heb ik dit weleens met een opdracht voor een klant die ik heb aangenomen vanuit mijn tekstbureau. Soms blijkt zo’n opdracht dan niet zo goed bij me te passen waardoor ik het maar blijf uitstellen.
Uiteindelijk rond ik deze opdrachten dan natuurlijk wel af (soms met stress door de inmiddels te krappe deadline), maar ik vraag me bij andere opdrachten extra goed af of ik het wel écht leuk vindt.
Want we weten allemaal dat als je iets moet doen wat je écht écht écht heel tof vindt, je niet kan wachten om daar ‘s ochtends mee te starten.
4. Ik weet niet zeker of het goed genoeg zal zijn
Hier komt een stukje onzekerheid de hoek om kijken. Als iets heel belangrijk voor je is, dan kan het zijn dat je er niet aan (durft) te beginnen.
Vraag jezelf dan af waar dat gevoel vandaag komt. Is het perfectionisme? Je moet toch keuzes maken. Zelf maak ik mezelf dan wijs dat hoe eerder ik met zo’n opdracht begin, hoe langer ik de tijd heb om eraan te sleutelen.
Niets is erger dan last minute een belangrijke opdracht te moeten afronden, met de deadline hijgend in je nek.
Lees ook: Meer doen in minder tijd? Zo werk je productiever!